Gibraltar wil bij de UEFA. Een normaal mens slaat zo een bericht lachend over terwijl hij een slok van zijn ochtendkoffie neemt. Zo niet ik. Het bericht fascineert mij. Voetballen op een rots vol met makaken die ondertussen de netten uit de doelen vreten. Door Floris Visman
Een klein lesje Gibraltar lijkt mij niet overbodig. Eventjes surfen over het net levert wat aardige weetjes op. Het eilandje drijft ergens tussen Spanje en Marokko in. Het is zes vierkante kilometer en heeft zo een dertigduizend inwoners. Die inwoners spreken voornamelijk Engels. Ooit veroverde Nederland samen met de Engelsen het eilandje maar ergens in de achttiende eeuw heeft het vrijwillig afstand gedaan van deze nutteloze rots. De Engelsen waren er blij mee maar waarom weet nog steeds niemand.
Gibraltar is vooral bekend om zijn makaken, ook wel de berberaap. De gemiddelde Gibraltarees kan hun bloed wel drinken. Zij beschouwen deze beesten als kleine criminelen. Als je even met een glas sangria en een halve chorizo op een terrasje zit met je tas naast je weet je zeker dat je aan het eind van de middag wat kwijt bent. Je tas of je worst. Makaakjes doen dit niet uit armoede. Je zult ze niet met de nieuwste Gucci tas in hun klauwtjes zien paraderen. Zelfs de chorizo zullen ze niet eens een hapje van nemen. Die flikkeren ze in zee. Nee, het gaat hun om maar een ding en dat is laten zien wie er de baas is.
Maar terug naar het voetbal. Gibraltar probeert al jaren tot de Europese voetbalbond toegelaten te worden maar nu lijkt alles in een stroomversnelling te gaan. Als land heb je natuurlijk een bondscoach nodig. Ik denk dat ik al weet wie staat te trappelen om te gaan. Foppe de Haan. Waarschijnlijk surft hij op dit moment al in trainingspak met een verhoogde hartslag naar contact informatie. Ik probeer mij voor te stellen hoe dat zal gaan, Foppe op een rots in de Middellandse zee.
Foppe met twee assistenten met een Spaans uiterlijk. Allebei ongeveer een meter vijftig. Ze spreken Engels, maar dat verstaat Foppe toch niet. Hij blijft stug in het Fries tegen ze aan lullen. “Mooi veld hebben jullie. Vooral al die stenen en kuilen maken het een feest om op te spelen. Die doelen die jullie hebben, waar zijn die van gemaakt? Wat zeg je, aangespoeld drijfhout? Ik vind jullie heel creatief. Jullie kunnen zoveel met zo weinig. En die apen, gooien die altijd met voedsel? Ontroerend.” Hij acteert een brok in zijn keel.
Terug in Nederland zal hij in zesenveertig praatprogramma’s hetzelfde herhalen. Hoe achterlijk ze wel niet waren, hoe de velden wel op een uitgestorven toendra leken en hoe hij lachend elke training een kwartier apen van het veld stond te schoppen. Zo deed hij dat ook op het arme Tuvalu. Eerlijk zijn, dat kan Foppe wel. Als het hem uitkomt.
Hahaha, dit is zo goed man. Kan niet wachten tot je afstudeert en de hardste rant ooit afsteekt over jouw jaren op de School voor de Journalistiek.
Ik kan daar ondertussen een boek over schrijven. En dat ga ik dan ook misschien wel doen! Haha.
Nog gefeliciteerd met de plaatsing van deze blog op VI.nl, Floor. Visman (gaat) International!
Haha, dank je wel man!
Je mag mij interviewen over het leed dat de SvJ heet…
Als ik mijn plan doorzet dan ben je als eerste aan de beurt :)